maandag 10 augustus 2009

Maandag 10 augustus

Ondertussen zijn we al een week of twee terug in Oostende. Van uit Fécamp zijn we via Dieppe naar Boulogne gevaren. Omwille van het minder goede weer dienden we hier een extra dagje te blijven liggen. Een aangenaam extra dagje echter, want ook hier troffen we RYCO vrienden : Stresless met Dirk en Sonja en Morning Star met René, Paula en Peter. Na nog een tussenstop in Duinkerken kwamen we uiteindelijk op 26 juli terug thuis. De warme verwelkoming door onze vrienden en de ‘grote lijn bevlagging’ die Luc op onze nieuwe ligplaats had aangebracht zullen we ons nog lang herinneren.
De cirkel is rond. Een mooie zeilreis, over twee seizoenen verspreid, is hiermee afgesloten. De herinneringen aan de vele mooie plekjes die we bezochten en de vrienden die we onderweg ontmoet hebben, zullen we zeker koesteren.

dinsdag 21 juli 2009


Dinsdag 21 juli, Fécamp

Maandagmorgen zijn we inderdaad in alle vroegte uit Cherbourg kunnen vertrekken. De zondagavond loeide er nog 27 knopen wind door de jachthaven en een paar uur later was alles op en moesten we op de motor naar Le Havre. Elf lange uren. Bij aankomst troffen we den Dolf en na een paar aperitiefjes bij Dolf en Christiane aan boord, was het leed snel vergeten.
Vandaag zijn we dan samen (alé je weet wel hé, Dolf begon met achtersprong en eindigde met veeeel voorsprong, zoals gewoonlijk godverdomme) naar Fécamp gezeild. Eindelijk eens zeilen na vele mijlen op de motor – we hebben zelfs nog moet reven, gelukkig waren we de kunst nog niet verleerd.

zaterdag 18 juli 2009


Zaterdag 18 juli – Cherbourg

Donderdag was inderdaad D-day. Op de middag stond er voldoende water boven de drempel van St Peter Port en konden wij buiten varen. Cap de la Hague was net bezeild, maar toch besloten we de motor te laten bijstaan, omdat de wind nogal licht uitviel. Wij mochten toch niet te laat aankomen om naar het restaurant te gaan nietwaar. Op die manier klokten we toch de 10 knopen in de Raz Blanchard en dit op volle neap ! Onderweg hebben we zo’n 150 boten voorbijgestoken. Kluchtje ? Nee hoor, de Tour des ports de la Manche race was ook onderweg naar Cherbourg en met die lichte wind lagen die zowat te dobberen – leuk hé, dat wedstrijdzeilen. Enfin, wij waren op tijd binnen, hadden plaats zat om aan te leggen, waren op tijd voor ons restaurantje en waren al een uur of twee afgemeerd toen een vreselijk onweer losbarste. Sindsdien is het eigenlijk niet meer gestopt met stormen en regenen. Wij lijken weer een fantastische juli maand te zullen meemaken. Wij wachten af, zoals het overgrote merendeel van de boten die hier liggen en controleren dag na dag de weersvoorspellingen. Maandag een kansje ???


Guernsey, dinsdag 14 juli

We zijn in de hemel. Gisterenavond heeft St Peter ons binnengelaten door zijn Port. Voor wie dit flauwe grapje niet begrijpt omdat hij/zij de streek niet kent : wij zijn dus in St Peter Port op het eiland Guernsey. Gisteren namiddag zijn we hier toegekomen vanuit Lézardrieux, een tussenstop na Trébeurden waar we maar één nacht bleven. Pas ’s avonds konden we de marina binnenvaren – een drukte van jewelste. Aan de wachtstijger lagen de boten 7 rijen dik.


Vandaag hebben we Guernsey als wandel eiland ontdekt. Prachtig natuurschoon, maar een stevige wandeling met heel wat klimwerk. We zij dan ook zo ver mogelijk doorgelopen om daarna met de bus terug te keren. Een vriendelijk madameke, aan wie we de weg vroegen, bracht ons meteen naar de juiste ‘busstop’ – je moet maar ‘chance’ ‘hebben.Voor morgen staat er 5 tot 6 Bf met uitschieters tot 40 knopen op het weerbericht. Ideaal weer om de Raz Blanchard … niet te nemen en nog wat meer van het eiland te zien. Cherbourg zal moeten wachten tot donderdag.

zaterdag 11 juli 2009


Trébeurden, zaterdag 11 juli

Donderdag zijn we op een wastobbe zeetje, zo’n zeetje dat ontstaat wanneer stroom, wind en zwel allemaal in een andere richting lopen, naar Trébeurden gevaren. Ook Jerom, onze autopiloot had last met koers houden. Bij het aanlopen van de haven moest ik zelfs overnemen om niet op de rotsen te lopen.
Trébeurden is een goeie etappe haven. Alle voorzieningen, proper sanitair, gratis Wifi en gratis navette die je overal naartoe brengt. We nemen dan ook meteen het arrangement voor 3 dagen. Het weer ziet er toch niet veelbelovend uit voor de komende dagen en het komt een stuk goedkoper uit.
Vrijdag brengen we een bezoekje aan Lanion, een mooi Bretoens stadje en zaterdag gaan we wandelen langs de allermooiste ‘sentier côtier’ van Bretagne : die van Perros-Guirec naar Ploumanac’h, langs de roze graniet formaties. Je ziet wel, vervelen doen wij ons nooit.

donderdag 9 juli 2009


L’Aberwrac’h, donderdag 9 juli

Na een paar verwaaidagen in Camaret, zijn we gisteren zonder al te veel moeite door de Raz du Four gevaren. Alleen aan het begin, rond Les Vieux Moines en aan het einde, bij het ronden van Le Four troffen we wat ruigere omstandigheden. Daartegenover stond dat we om en bij de 8 knopen over de grond liepen, zodat we de reis toch als plezierig hebben ervaren. We vieren onze aankomst op het Kanaal met een etentje (lekkere mosseltjes) in “l’abri du canot”, een zeer leuk restaurantje bij de haven.
Omdat er verder niet veel te beleven valt in l’Aberwrac’h, varen wij straks verder naar Trébeurden.

zondag 5 juli 2009


Zaterdag 4 juli

We zijn terug in Camaret. Het passeren van de Raz de Sein was een fluitje van een cent. Alles werkte in ons voordeel : goeie timing, kalme zee en neap. Gelukkig maar, want we waren beiden erg moe na een ruige nacht op de ankerplaats van Audierne. Een stevig windje zorgde voor korte, steile golfjes zodat de boot continu erg oncomfortabel schroefde (een combinatie van rollen en stampen). We hebben dan ook weinig of niet geslapen.
Hier in Camaret wachten we nu de juiste condities af om het hoekje om te gaan – letterlijk dan. Door de volgende race, de Raz du Four, ga je van op de oceaan terug naar het Kanaal. Daarbij rond je het einde van de wereld : Finistère. We willen er natuurlijk zeker van zijn dat wij niet –figuurlijk dan - het hoekje omgaan ;-)
Zondag, rustdag. We slapen lekker uit van onze vermoeiende nacht te Audierne. Voor de rest brengen we de boot in orde, gaan we boodschappen doen en struinen we wat rond in het leuke plaatsje. Ook gaan we een paar ateliers bezoeken in het Quartier des peintres. Voor alle zekerheid doen we nog een wasje, voor het geval we morgen onverhoopt toch verder zouden kunnen. Het ziet er echter niet goed uit. De voorspelde 5 à 6 Bf uit het NW betekend te veel wind tegen tij om door de race te gaan.

zaterdag 4 juli 2009


Vrijdag 3 juli

Van Ile de Groix zij we naar Concarneau gevaren, voor ons geen onbekende. We zijn er een dagje gebleven om te zien of alles nog in orde was. En inderdaad, de omwalde binnenstad was nog steeds even gezellig en ons stamcafé ‘Le Comptoir’ stond nog steeds op zijn plaats. De Leffe van ’t vat smaakte nog even voortreffelijk en de aperitiefhapjes die erbij geserveerd worden mogen er nog steeds zijn. Wij tevreden dus.
Tussen Concarneau en Camaret ligt de Raz de Sein. Bij minder goede weersomstandigheden een gevaarlijk stukje water met razende stroomversnellingen. Tijd voor tactiek dus : eerst en vooral kiezen we twee dagen behoorlijk weer en vervolgens delen we de reis in twee stukken op. Eerst naar Audierne, vanwaar de Raz goed getimed kan aangelopen worden en ’s anderdaags naar Camaret.
Vrijdagmorgen staak Meteo France – perfecte timing voor ons dus. Maar goed, het weerbericht van donderdagavond was goed genoeg en we vertrekken dan maar. Nauwelijks een uur onderweg, of we krijgen al een flinke bui in onze nek, met windsnelheden van om en bij de 20 knopen. Amaai, moeten we straks zo op een boei gaan liggen ? Gelukkig klaart het in de namiddag uit en treffen we alsnog redelijk goed weer op de ankerplaats van St Evette. Zodra we een boei hebben opgepikt, blazen we de dingy op en gaan we naar de kant voor een verkenning. De buitenboordmotor wil niet starten (ik heb toch een speciale band met motoren nietwaar) dus moeten we roeien. In het doorgaan roeien we samen, maar in het terugkeren laat ik Jenny het werk doen – kwestie van haar in conditie te houden.

Dinsdag 30 juni

Maandag. Ons volgende eiland, île de Groix, ligt maar een boogscheut van 22 mijl verder naar het noorden. Op een goeie 4 uur is de klus dan ook geklaard en varen we het kleine maar drukke haventje ‘Port Tudy’ binnen. We dienen wat motorgeweld te gebruiken om ons tussen de vingerponton en een dikke Oceanis 36 in te wringen, maar dan hebben we ook een leuk plekje. We hebben nog niet kunnen zeilen, maar het weer blijft uitstekend en de zee kalm – je hoort ons dus niet klagen.
Vandaag worden we volledig ingebouwd wakker. Een coastertje heeft kans gezien zich achter de jachten af te meren en wordt met veel lawaai gelost. Gelukkig willen we vandaag niet weg, maar eerder een stukje van het eiland zien. In de late voormiddag gaan we op stap om de ZO-lijke helft van het eiland te omwandelen. Zoals gewoonlijk nemen we de ‘sentier côtier’ en zoals gewoonlijk kunnen we van een prachtige natuurwandeling genieten. Een picknick op een mooi strandje en een afsluiter met een Leffe van ’t vat op een haventerrasje – er zijn minder mooie dagen denkbaar !

zondag 28 juni 2009


Zondag 28 juni

Gisteren zijn we op 7 uur van Noirmoutier naar Belle Ile gevaren.Van de Vendee terug naar Bretagne. Het is weekend en prachtig zomerweer. Le Palais loopt dan ook bomvol. Als om 19u15 de ‘gate’ opengaat wil iedereen er natuurlijk tegelijk door. Dit is één van de toeristische attracties van het eiland. Als de sluiswachter dan ook nog eens tussendoor de voetgangersbrug terug naar beneden laat om de toeristen een beter zicht te geven, is de malaise compleet, met jachten die ternauwernood kunnen stoppen en proberen rechtsomkeer te maken. Enfin, we geraken binnen zonder kleerscheuren en we meren af met een sardientjesgevoel : de boten liggen vijf dik aan weerskanten van de haven, pak op pak.
Vandaag weten we een plaatsje te versieren in de basin de la Saline – veel rustiger en met vingerpontons. Na een flinke maar mooie wandeling langs een stuk van de GR 34 proberen we ’s avond nog wat te skypen via de gratis internetverbinding. We hebben wisselend succes door de zwakke verbinding.

Donderdag 25 en vrijdag 26 juni : île de Noirmoutier

Het weerbericht ziet er goed uit – allé ’t is te zeggen : er kan gevaren worden. Omstreeks 8u30 gooien we dan ook los en vertrekken we richting l’Herbaudière op het eiland Noirmoutier. Het beetje wind dat er staat, staat natuurlijk pal op de neus, maar niet getreurd, dit is een uitstekende gelegenheid om de motor te testen (heb ik dat niet eerder ook eens geschreven). Een eerder langdradig saaie tocht wordt afgesloten met een spannende navigatie tussen ondieptes door om de haven aan te lopen. Bij aankomst hebben we geluk, een Engels jacht vertrekt net en we kunnen hun plaats inpikken. En dan komt het aller spannendste moment : het optillen van het motorluik – droog !!, geen olie, geen diesel, geen water … oef en joepie.
Vrijdag verkennen we per fiets het eiland. We vinden het beiden een mooi eiland dat palourdes en andere schelpdiertjes. Jenny praait twee van deze rakelaars en ontfutseld hen het recept voor het klaarmaken van deze lekkernijen. Het stadje Noirmoutier biedt een leuke variatie van cultuur en winkelmogelijkheden en overal kom je prachtige, witgekalte huisjes tegen, sommige in ware villa stijl. De mooiste hebben bovendien uitzicht over een van de vele mooie baaitjes. We beleven dan ook een aangename namiddag.

woensdag 24 juni 2009


We zijn net terug van een heerlijke trektocht door de Picos de Europa. De Picos staan bekend om hun natuurschoon en hun woeste hooggebergte. Van dit alles hebben we de afgelopen dagen dan ook met volle teugen genoten. Dank zij de voorbereiding die we thuis deden konden we redelijk makkelijk de soms wel zware wandelingen aan. Hoogtepunten waren :
De steile klim langs smalle bergpaden en door de sneeuw naar de Vega de Uriellu, de berghut gelegen aan de voet van de Pico de Uriellu.
De omwandeling van Sotres, het hoogst gelegen dorp van de Picos met prachtige vergezichten en een flora die uitbundig in bloei stond.
De moeilijke afdaling langs smalle steenpaden en diepe ravijnen naar het dorpje Bulnes dat tot 2000 alleen te voet bereikbaar was.
Morgen vertrekken Sofie, Sander en Emelieke terug naar huis. Ook wij kloppen het stof van Zwerver en trekken verder.
Woensdag 27 mei

Zo, we zijn terug in Sables d’Olonne. Ik voel mij precies een jojo.
De tocht hier naartoe is vlot verlopen, deels op motor, deels onder zeil. Alleen onder weg heb ik de franse douane moeten ‘wegjagen’. Ze kwamen op volle zee, in een ongemerkte boot op mij afstuiven. Toch geen piraten in de Vendée, dacht ik eerst. Ze wilden langszij komen, maar met een zwel van minstens twee meter zag ik dit niet zitten. En ik had al zeker niet veel goesting om in een dergelijke zeegang mijn zeilen te bergen. Toen ik ze vroeg hun zodiac te water te laten en mij zo te ‘enteren’, volstonden ineens gewoon een paar vragen. Rare jongens die fransen.
Enfin toch ook wat goed nieuws : bij aankomst geen druppel diesel meer in de bilge, alleen het lekske olie. Als ik mij na deze controle met een goed gevoel bij de havenmeester ga melden, weet die kluchtegaard mij te vertellen dat ik maar een tweetal nachten kan blijven – druk druk druk . ’t Is nie waar hé !! Ik troost mij met de gedachte dat het een jonge gast is die waarschijnlijk niet al te veel in de pap te brokken heeft. Morgen stapke hoger dus.

Donderdag 28 mei

Na een stevig ontbijt en een lekkere douche trek ik fris en vastberaden naar het secretariaat. Na wat pleiten krijg ik dan toch een plaats voor 4 weken. Wat verder van douches en havenkantoor afgelegen, maar met alle nutsvoorzieningen en een hek dat kan afgesloten worden. Meer moet ik niet hebben, per slot van rekening heb ik voor de verplaatsingen mijn vouwfietske en bovendien lig ik hier dichter bij het centrum.
Ik heb afgesproken dat Jenny, Sofie, Sander en Emelieke mij hier komen ophalen om vervolgens van hieruit naar de Picos te reizen voor onze trektocht.
Hoe het daarna verder moet laten we voorlopig in het midden. Wij hebben gelukkig een open plan, waarbinnen alles kan en niets hoeft.
Ik moet hoognodig weer beginnen ‘petraiten te trekken’, want zo wordt het een saai verslag.

dinsdag 26 mei 2009

Dinsdag 26 mei - Royan

Eerste werk : Sablaise Nautique opbellen. De eigenaar gaat met zijn mecanicien overleggen en belt mij later terug op. Ondertussen raad hij mij aan de boel zo goed mogelijk op te drogen en de motor een uur of twee te laten draaien. Zo gezegd zo gedaan. Het diesellek vind ik zelf : er druppelt mazout langs de ontluchtings schroef. Een nieuwe pakking steken en klaar is kees. De olie begint pas te verschijnen als de motor goed warm is. In het namiddag gesprek met Sablaise Nautique geef ik dit door als uitleg. Klantvriendelijk als ze zijn willen ze het werk onder garantie overdoen, maar dan moet ik voor volgende week dinsdag, wanneer ze mij op de rol kunnen zetten, terug in les Sables zijn.
Ik ga wat rondwandelen in Royan en doe meteen wat boodschappen. Terug aan boord bak ik een broodje en ga ik met de laptop de weerberichten ophalen. Het ziet er goed uit voor morgen, ik kan terug vanwaar ik kwam. Hiermee mis ik wel mijn start en moeten we andere afspraken maken voor onze trektocht naar de Picos. Jenny is op de hoogte en regelt het nodige aan het thuisfront. We zien later wel verder.
Geen foto’s deze keer – ik ben niet erg ‘in the mood !’

Van Sables d'Olonne naar Royan

Wind : variabel 2 tot 4 – mer peu agitée – 1,5 a 2m zwel uit NE
Om 5u30 gooi ik los in les Sables. Het is nog donker als ik al vertrek en toch heet dit pleziervaart. Er staat weinig of geen wind, maar geen nood : ideaal om de motor eens uit te testen. Na een uur of 9 pruttelen bereik ik dan ook keurig op tijd de 2a uiterton van de Gironde. Als ik twee uur later de aanloop van Royan opdraai, pakken donkere onweerswolken zich samen. De wind trekt ineens op naar 25 knopen, maar toch kan ik even later met hulp van een vriendelijke zeiler veilig aanleggen. Net op tijd ben ik zo aan het denken, als ik ineens, uit het niets, een ongelofelijke plensbui in mijn nek krijg terwijl ik nog met mijn lijnen bezig ben. Als een verzopen rat kruip ik aan boord. Daar wacht mij een tweede onaangename verassing. Als ik het motordeksel optil zie ik een mengsel van olie en diesel in de bilge staan. Miljaarde, miljaarde. Ik baal mij te pletter.
Uit kolere kap ik een ferme gin in mijn kas, daarna ga ik wat wandelen om te kalmeren en tenslotte kruip ik moegebaald om half tien in mijne kip.

zondag 24 mei 2009

Sables d'Olonne - zondag 24 mei






Vandaag vertrok Jenny terug naar huis. Na een klein weekje flink doorwerken hebben we samen onze "Zwerver” weer vaarklaar en bewoonbaar gekregen. Natuurlijk was het niet alleen werk, kommer en kwel. We hebben van de gelegenheid gebruik gemaakt om ons nog onbekende hoekjes van les Sables te bezoeken en de plaatselijke neringhouders wat te sponsoren.
Verleden woensdag kwamen hier bovendien onze Engelse vrienden van “Salifi” aangewaaid. Speciaal om ons te zien zijn ze van La Roche Bernard, waar ze een ligplaats hebben, naar hier toe gezeild. Zo hadden we meteen weer gezelschap bij het aperitieven. Na een reparatie in hun mast, waarvoor ik wat gereedschap en reserve onderdelen van Zwerver gebruikte, nodigden Bob en Maggie ons uit voor een schitterend drie gangen menu aan boord van hun Salifi – we hadden een heerlijke avond samen.
Gisteren zijn we met z’n allen naar de prijsuitreiking van de Vendée Globe getrokken. Een multimedia spektakel van jewelste, met vuurwerk en al. Zomaar eventjes 120.000 mensen kwamen hiervoor op het strand van Sables d’Olonne samen.
Maar nu zijn ook deze vrienden terug naar hun stek vertrokken. Het begrip ‘solo’ begint zo langzamerhand door te dringen. Wanneer het weer het toelaat kan ik morgen aan m’n eerste tocht beginnen – straks maar eens de meteo van het internet plukken.

maandag 30 maart 2009

Weer in de startblokken


Een tripje over en weer naar les Sables d'Olonne - een drietal dagen wrijven, waxen, schuren, schilderen, prutsen ... en Zwerver is weer klaar voor nieuwe avonturen. Alleen moet er nog een pakking vervangen worden in de motor, maar dit laat ik aan 'Sablaise Nautique over. Die mensen hebben overigens tot nog toe keurig werk verricht.

Op 15 mei gaat de boot terug in het water. De vertrekjeuk wordt er niet minder om.